J.F. Mugnier
Het zien van wijn als een spreekbuis voor de natuur is onder de topproducenten in de Bourgogne al tijden geen bijzonderheid meer. In de afgelopen decennia hebben de meest legendarische wijnmakers de mantel van organisch of biodynamisch producent met trots om de schouders geslagen. Sommigen leveren met deze werkwijze echter een kwaliteit waar weinigen aan kunnen tippen. Een van die producenten is Frédéric Mugnier.
Frédérics domein, vernoemd naar zijn vader Jacques-Frédéric Mugnier, is gelegen rondom Nuits Saint-Georges en floreert sinds 1984 onder zijn leiderschap. Opvallend is dat Mugnier naar eigen zeggen niets wist van het productieproces toen hij het familiedomein overnam, aangezien hij het grootste gedeelte van zijn werkende leven als mechanicus voor een oliebedrijf doorbracht. Toch heeft hij het voor elkaar gekregen enkele ronduit legendarische vintages op de markt te brengen.
Een gedeelte van zijn succes zal Mugnier te danken hebben aan zijn filosofie: een van substractie. In culinaire terminologie betekent dit dat elk ingrediënt in zijn puurste en meest verfijnde vorm tot uiting wordt gebracht, met zo min mogelijk onnodige toevoegingen. Voor Mugnier betekent dit de natuur haar werk laten doen. Het zoveel mogelijk behouden van de natuurlijke flora en fauna van de wijngaard. Ervoor zorgen dat de druif de unieke complexiteit van de aarde waarin zij groeit echoot. Het minimaliseren van bestrijdingsmiddelen en onnodige toevoegingen.
Het is algemeen bekend dat deze methode heeft geleid tot enkele fantastische wijnen. Zo ook de magnums die in juni beschikbaar zijn op de veiling. Sylvie’s heeft deze ronde bijvoorbeeld meerdere flessen 2006 Musigny in de catalogus staan (lot 1510, 1511), ook in magnumformaat (lot 1517, 1518). Volgens David Schildknecht is deze vintage een geweldig voorbeeld voor hoe Mugniers werkwijze zijn vruchten afwerpt:
Wie deze fles, of een van de andere vintages die in juni geveild worden opent, doet er volgens Mugnier echter goed aan alle achtergrondinformatie over zijn productieproces even te vergeten. Volgens hem zou de focus op de schone puurheid van de wijn en de natuur moeten liggen, niet op de wijnmaker zelf. Zoals veel wijnliefhebbers drukt hij zijn ideeën uit in kunstmetaforen:
J.F. Mugnier: loten 1348, 1353, 1360, 1510, 1511, 1512, 1516, 1517
Frédérics domein, vernoemd naar zijn vader Jacques-Frédéric Mugnier, is gelegen rondom Nuits Saint-Georges en floreert sinds 1984 onder zijn leiderschap. Opvallend is dat Mugnier naar eigen zeggen niets wist van het productieproces toen hij het familiedomein overnam, aangezien hij het grootste gedeelte van zijn werkende leven als mechanicus voor een oliebedrijf doorbracht. Toch heeft hij het voor elkaar gekregen enkele ronduit legendarische vintages op de markt te brengen.
Een gedeelte van zijn succes zal Mugnier te danken hebben aan zijn filosofie: een van substractie. In culinaire terminologie betekent dit dat elk ingrediënt in zijn puurste en meest verfijnde vorm tot uiting wordt gebracht, met zo min mogelijk onnodige toevoegingen. Voor Mugnier betekent dit de natuur haar werk laten doen. Het zoveel mogelijk behouden van de natuurlijke flora en fauna van de wijngaard. Ervoor zorgen dat de druif de unieke complexiteit van de aarde waarin zij groeit echoot. Het minimaliseren van bestrijdingsmiddelen en onnodige toevoegingen.
Het is algemeen bekend dat deze methode heeft geleid tot enkele fantastische wijnen. Zo ook de magnums die in juni beschikbaar zijn op de veiling. Sylvie’s heeft deze ronde bijvoorbeeld meerdere flessen 2006 Musigny in de catalogus staan (lot 1510, 1511), ook in magnumformaat (lot 1517, 1518). Volgens David Schildknecht is deze vintage een geweldig voorbeeld voor hoe Mugniers werkwijze zijn vruchten afwerpt:
“Cassis, blackberry, licorice, vanilla, smoky black tea, and lily perfume wafting from the glass of Chateau de Chambolle's 2006 Musigny seduce the senses. The sheer sappy, palate-staining bittersweet fruit concentration here is remarkable, with the wine's strong undertone of wet stone seemingly acting as a sounding board. This displays an uncanny combination of sheer density with reverberative, vibrant energy and buoyancy that are consistent with the best wines of this vintage.” - (95-96)/100, David Schildknecht, The Wine Advocate
Wie deze fles, of een van de andere vintages die in juni geveild worden opent, doet er volgens Mugnier echter goed aan alle achtergrondinformatie over zijn productieproces even te vergeten. Volgens hem zou de focus op de schone puurheid van de wijn en de natuur moeten liggen, niet op de wijnmaker zelf. Zoals veel wijnliefhebbers drukt hij zijn ideeën uit in kunstmetaforen:
“The winemaker is not an artist, but there are similarities. Just thinking of dance. If you look at a dancer and think, "Wow, she must have spent days of hard work!" then I think she has failed. It should look easy, it should look perfectly natural. You should just see the beauty, not the hard work behind it.”
J.F. Mugnier: loten 1348, 1353, 1360, 1510, 1511, 1512, 1516, 1517
