Domaine Charles Joguet
De gescheiden vinificatie van verschillende percelen is tegenwoordig bijna vanzelfsprekend, maar zo is het niet altijd geweest. Zeker rondom Chinon “de tuin van Frankrijk” in de Loire: ongeacht of de leeftijd van de wijnstokken of het terroir, verwerkten de wijnmakers de druiven van alle percelen gezamenlijk tot wijn.
Als de jonge Charles Joguet in 1957, na de dood van zijn vader, zijn carrière als getalenteerd schilder en beeldhouwer in Parijs gedeeltelijk verlegt naar een leven als wijnmaker, staat hem een uitdaging te wachten. Zo is in die tijd de grond van het domein weliswaar al eeuwenlang in gebruik voor wijnverbouw, maar andere gewassen maken ook nog deel uit van de bron van inkomsten. Het familiedomein bottelt nog niet zelf en bij de vinificatie is er geen verschil naar herkomst van perceel.
De eerste wijnen maakt Charles Joguet zonder kennis van zaken. In 1963 komt de hard nodige ommekeer dankzij de hulp van wijnmaker en pater Taffonneau. Charles raakt geïnspireerd en verdiept zich grondig in het maken van wijn.
Joguet is geïnspireerd door wijnmakers in de Bourgogne en bedenkt een nieuwe manier van wijnmaken op zijn domein. Hij zet stalen tanks in bij de fermentatie en gebruikt oude Bordeauxvaten voor rijping van zijn Loiredruiven. Hij realiseert zich dat zijn landgoed uit verschillende typen grondsoorten bestaat die al in de middeleeuwen apart worden beschreven en gaat wijn van kiezelgrond, klei en zandsteen apart bewerken en oogsten. Per grondstuk oogst hij de wijn van jonge en oudere stokken apart. In de wijngaard oogst hij handmatig en verkleint hij onder andere de kwetsbaarheid voor regen door de ongeplette druiven te stapelen in kleine opengewerkte kratten.
Voor wie het nooit geproefd heeft: druiven van geënte stokken op Amerikaanse onderstammen en niet geënte Europese wijnstokken geven een andere smaak, ook al gaat het om dezelfde soort druif op hetzelfde grondstuk. De Europese stok geeft aromatischer wijn. Op een strook van zijn land verbouwt Joguet bij wijze van experiment wijn op niet geënte stokken. Helaas vallen deze in 2008 toch ten prooi aan de phylloxera.
Van iemand die niets weet van wijnmaken, ontwikkelt hij zich tot voorloper in de Loire. Joguet levert meesterwerkjes af en draagt bij aan de grotere naamsbekendheid van wijn rond Chinon.
Opvolging: de familie Genet
Joguet is succesvol maar heeft geen opvolging in de familie. In 1985 stapt de familie Genet mee in het bedrijf en in 1997, na veertig jaar op het domein te hebben gewerkt, kan Joguet zich weer volledig wijden aan zijn voornaamste passies: schilderen en beeldhouwen. Hij draagt zijn domein over aan zijn accountant Jacques Genet, die het in 2006 weer overdraagt aan dochter Anne-Charlotte Genet.
Anne-Charlotte heeft een eigen visie op de ontwikkeling van het domein. Ze maakt, met de support van wijnmaker Kevin Fontaine, die al langer voor de familie Genet wijn maakt, de switch naar organische wijnbouw waarbij de minimalisering van de invloed van de mens op de wijngaard centraal staat. Volgens Genet zorgt een grotere biodiversiteit voor een grotere diversiteit aan flora, en daarmee voor een versterking van de al aanwezige aromatische kenmerken van het terroir. De markt reageert enthousiast.
Op de veiling
Onder wijnliefhebbers en wijnjournalisten leeft eensgezindheid dat deze aanpak vooral fantastisch tot zijn recht komt in de Varennes du Grand Clos Franc de Pied (jaar 2006 in lot 2301). De druiven voor deze wijn zijn afkomstig van pre-phylloxera stokken, die inmiddels al meer dan 70 jaar Cabernet Franc van hoge kwaliteit leveren.
De Clos de la Dioterie (loten 2302 t/m 2304, 2309, 2310 t/m 2312) en de Clos du Chêne Vert (Lot 2308) behoren, volgens de meeste recensies, jaar na jaar tot de meesterwerken van Domaine Joguet.
Als de jonge Charles Joguet in 1957, na de dood van zijn vader, zijn carrière als getalenteerd schilder en beeldhouwer in Parijs gedeeltelijk verlegt naar een leven als wijnmaker, staat hem een uitdaging te wachten. Zo is in die tijd de grond van het domein weliswaar al eeuwenlang in gebruik voor wijnverbouw, maar andere gewassen maken ook nog deel uit van de bron van inkomsten. Het familiedomein bottelt nog niet zelf en bij de vinificatie is er geen verschil naar herkomst van perceel.
De eerste wijnen maakt Charles Joguet zonder kennis van zaken. In 1963 komt de hard nodige ommekeer dankzij de hulp van wijnmaker en pater Taffonneau. Charles raakt geïnspireerd en verdiept zich grondig in het maken van wijn.
Joguet is geïnspireerd door wijnmakers in de Bourgogne en bedenkt een nieuwe manier van wijnmaken op zijn domein. Hij zet stalen tanks in bij de fermentatie en gebruikt oude Bordeauxvaten voor rijping van zijn Loiredruiven. Hij realiseert zich dat zijn landgoed uit verschillende typen grondsoorten bestaat die al in de middeleeuwen apart worden beschreven en gaat wijn van kiezelgrond, klei en zandsteen apart bewerken en oogsten. Per grondstuk oogst hij de wijn van jonge en oudere stokken apart. In de wijngaard oogst hij handmatig en verkleint hij onder andere de kwetsbaarheid voor regen door de ongeplette druiven te stapelen in kleine opengewerkte kratten.
Voor wie het nooit geproefd heeft: druiven van geënte stokken op Amerikaanse onderstammen en niet geënte Europese wijnstokken geven een andere smaak, ook al gaat het om dezelfde soort druif op hetzelfde grondstuk. De Europese stok geeft aromatischer wijn. Op een strook van zijn land verbouwt Joguet bij wijze van experiment wijn op niet geënte stokken. Helaas vallen deze in 2008 toch ten prooi aan de phylloxera.
Van iemand die niets weet van wijnmaken, ontwikkelt hij zich tot voorloper in de Loire. Joguet levert meesterwerkjes af en draagt bij aan de grotere naamsbekendheid van wijn rond Chinon.
Opvolging: de familie Genet
Joguet is succesvol maar heeft geen opvolging in de familie. In 1985 stapt de familie Genet mee in het bedrijf en in 1997, na veertig jaar op het domein te hebben gewerkt, kan Joguet zich weer volledig wijden aan zijn voornaamste passies: schilderen en beeldhouwen. Hij draagt zijn domein over aan zijn accountant Jacques Genet, die het in 2006 weer overdraagt aan dochter Anne-Charlotte Genet.
Anne-Charlotte heeft een eigen visie op de ontwikkeling van het domein. Ze maakt, met de support van wijnmaker Kevin Fontaine, die al langer voor de familie Genet wijn maakt, de switch naar organische wijnbouw waarbij de minimalisering van de invloed van de mens op de wijngaard centraal staat. Volgens Genet zorgt een grotere biodiversiteit voor een grotere diversiteit aan flora, en daarmee voor een versterking van de al aanwezige aromatische kenmerken van het terroir. De markt reageert enthousiast.
Op de veiling
Onder wijnliefhebbers en wijnjournalisten leeft eensgezindheid dat deze aanpak vooral fantastisch tot zijn recht komt in de Varennes du Grand Clos Franc de Pied (jaar 2006 in lot 2301). De druiven voor deze wijn zijn afkomstig van pre-phylloxera stokken, die inmiddels al meer dan 70 jaar Cabernet Franc van hoge kwaliteit leveren.
De Clos de la Dioterie (loten 2302 t/m 2304, 2309, 2310 t/m 2312) en de Clos du Chêne Vert (Lot 2308) behoren, volgens de meeste recensies, jaar na jaar tot de meesterwerken van Domaine Joguet.